Ṣaḥīḥ al-Bukhārī
صحيح البخاري
(30) Kitāb: Vasten
(٣٠) كتاب الصوم
Hoofdstuk (47): Het vasten van de kinderen
(٤٧) باب صَوْمِ الصِّبْيَانِ
Op gezag van ar-Rubayyiʿ b. Muʿawidh (moge Allāh tevreden met haar zijn) is overgeleverd, zij zei: “De Profeet ﷺ stuurde in de vroege ochtend van ʿĀshūrā naar de dorpen van de Anṣār:
“Wie van jullie de ochtend is begonnen met eten, dient de rest van de dag af te maken. Wie de ochtend is begonnen met vasten, dient zijn vasten af te maken.” Daarna vastten wij en we lieten onze kleine kinderen vasten. We maakten voor hen speeltjes van wol; als iemand van hen om eten huilde, dan gaven wij hen deze totdat we het vasten verbraken.”
حَدَّثَنَا مُسَدَّدٌ، حَدَّثَنَا بِشْرُ بْنُ الْمُفَضَّلِ، حَدَّثَنَا خَالِدُ بْنُ ذَكْوَانَ، عَنِ الرُّبَيِّعِ بِنْتِ مُعَوِّذٍ، قَالَتْ أَرْسَلَ النَّبِيُّ صلى الله عليه وسلم غَدَاةَ عَاشُورَاءَ إِلَى قُرَى الأَنْصَارِ " مَنْ أَصْبَحَ مُفْطِرًا فَلْيُتِمَّ بَقِيَّةَ يَوْمِهِ، وَمَنْ أَصْبَحَ صَائِمًا فَلْيَصُمْ ". قَالَتْ فَكُنَّا نَصُومُهُ بَعْدُ، وَنُصَوِّمُ صِبْيَانَنَا، وَنَجْعَلُ لَهُمُ اللُّعْبَةَ مِنَ الْعِهْنِ، فَإِذَا بَكَى أَحَدُهُمْ عَلَى الطَّعَامِ أَعْطَيْنَاهُ ذَاكَ، حَتَّى يَكُونَ عِنْدَ الإِفْطَارِ.