Ṣaḥīḥ al-Bukhārī
صحيح البخاري
(92) Kitāb: De Beproevingen
(٩٢) كتاب الفتن
Hoofdstuk (27): Ad-Dajjāl zal Medina niet binnengaan
(٢٧) باب لاَ يَدْخُلُ الدَّجَّالُ الْمَدِينَةَ
Overgeleverd van Abū Saʿīd, hij zei: “Op een dag vertelde de Boodschapper van Allāh ﷺ ons een lange overlevering over ad-Dajjāl en van de zaken die hij ons vertelde was: ‘Ad-Dajjāl zal komen, maar het zal hem verboden zijn om de passen (ingangen) van Medina binnen te gaan. Hij zal neerstrijken op een van de zanderige zoutvlaktes nabij Medina. Op die dag zal er een man naar hem uitgaan die de beste of een van de beste mensen zal zijn. Hij zal zeggen: ‘Ik getuig dat jij ad-Dajjāl bent wiens verhaal de Boodschapper van Allāh ﷺ ons heeft verteld.’ Dan zal ad-Dajjāl zeggen: ‘Wat denken jullie, als ik deze man dood en hem daarna weer tot leven breng, zullen jullie dan nog twijfelen aan mijn zaak?’ Zij zullen antwoorden: ‘Nee.’ Daarop zal hij de man doden en vervolgens weer tot leven brengen. Waarop die man zal zeggen: ‘Bij Allāh, vandaag ben ik nog zekerder over jou dan ooit tevoren!’ Ad-Dajjāl zal hem opnieuw willen doden, maar hij zal daar geen macht meer over hebben.’”
حَدَّثَنَا أَبُو الْيَمَانِ، أَخْبَرَنَا شُعَيْبٌ، عَنِ الزُّهْرِيِّ، أَخْبَرَنِي عُبَيْدُ اللَّهِ بْنُ عَبْدِ اللَّهِ بْنِ عُتْبَةَ بْنِ مَسْعُودٍ، أَنَّ أَبَا سَعِيدٍ، قَالَ حَدَّثَنَا رَسُولُ اللَّهِ صَلَّى اللَّهُ عَلَيْهِ وَسَلَّمَ يَوْمًا حَدِيثًا طَوِيلاً عَنِ الدَّجَّالِ، فَكَانَ فِيمَا يُحَدِّثُنَا بِهِ أَنَّهُ قَالَ " يَأْتِي الدَّجَّالُ وَهُوَ مُحَرَّمٌ عَلَيْهِ أَنْ يَدْخُلَ نِقَابَ الْمَدِينَةِ، فَيَنْزِلُ بَعْضَ السِّبَاخِ الَّتِي تَلِي الْمَدِينَةَ، فَيَخْرُجُ إِلَيْهِ يَوْمَئِذٍ رَجُلٌ وَهْوَ خَيْرُ النَّاسِ أَوْ مِنْ خِيَارِ النَّاسِ، فَيَقُولُ أَشْهَدُ أَنَّكَ الدَّجَّالُ الَّذِي حَدَّثَنَا رَسُولُ اللَّهِ v حَدِيثَهُ، فَيَقُولُ الدَّجَّالُ أَرَأَيْتُمْ إِنْ قَتَلْتُ هَذَا ثُمَّ أَحْيَيْتُهُ، هَلْ تَشُكُّونَ فِي الأَمْرِ فَيَقُولُونَ لاَ. فَيَقْتُلُهُ ثُمَّ يُحْيِيهِ فَيَقُولُ وَاللَّهِ مَا كُنْتُ فِيكَ أَشَدَّ بَصِيرَةً مِنِّي الْيَوْمَ. فَيُرِيدُ الدَّجَّالُ أَنْ يَقْتُلَهُ فَلاَ يُسَلَّطُ عَلَيْهِ ".